Maxim Osipov (1963) schrijft niet meer. In een interview met de Volkskrant van afgelopen zaterdag verklaart de auteur van ‘De wereld is niet stuk te krijgen’ en ‘Kilometer 101’: ‘Op dit moment zitten we midden in de geschiedenis, midden in de gebeurtenissen, meer dan ooit. We weten niet hoe en wanneer deze oorlog zal eindigen. Zodra we daar enig inzicht in krijgen, is het gemakkelijker om erover na te denken. Tot nu toe is het gewoon … onmogelijk om te schrijven.’ Ondertussen redigeert hij ‘Fifth Wave’, een tijdschrift voor vrije Russischtalige literatuur, in hoofdzaak gemaakt door auteurs die gevlucht zijn voor de dictatuur. Het eerste nummer is juist verschenen. Een bijdrage van Osipov mogen we er dus niet in verwachten. In de Volkskrant is de cardioloog en verhalenschrijver afgebeeld terwijl hij een pijp rookt.
Begin jaren dertig maakt Walter Benjamin (1892 – 1940) de balans op van het surrealisme. Hij was erbij in Parijs in de jaren twintig. De grote oorlog was uitgedoofd met het virus van de Spaanse Griep dat met het geallieerde front mee optrok en een spoor van dood en verderf naliet. Men was bekomen van de schok van dada. Benjamin las De boer van Parijs van Aragon en Nadja van Breton zodra ze van de pers waren gerold. Terug in Berlijn en een paar jaar later schrijft hij: Er komt voor zulke bewegingen altijd een ogenblik waarop de oorspronkelijke spanning van het geheime genootschap in een zakelijke, profane strijd om macht en heerschappij moet exploderen of als publieksmanifestatie teloor moet gaan en zich moet transformeren. In deze transformatiefase bevindt het surrealisme zich momenteel.
Benjamin stelt vast dat literatuur nooit het doel is geweest van het surrealisme. Het ging om beeld, het ging om taal, nee, niet om betekenis. Het ging om ervaring, een profane verlichting, een materialistische, antropologische inspiratie waartoe hasjiesj, opium en wat dies meer zij de propedeuse kunnen vormen. De propedeuse, want, zo betoogt Benjamin, de gevaarlijkste drug is ons zelf die wij in eenzaamheid tot ons nemen. Hij stelt de vraag: Welke vorm, denkt u, zou het leven aannemen als het juist op beslissende momenten door het laatste populaire liedje zou worden bepaald?
Ja! juich ik. En mag dat liedje dan Life during wartime zijn van The Talking Heads, zoals vertolkt in de film Stop making sense uit 1984?
Het surrealisme bond de strijd aan met de metafoor. In oude verhalen wordt onze kinderen en kleinkinderen een toekomst voorgespiegeld waarin iedereen handelt ‘alsof ze engelen zijn’, en iedereen zoveel bezit ‘alsof hij rijk is’ en iedereen zo leeft ‘alsof hij vrij is’. Van engelen, rijkdom en vrijheid geen spoor. Alles slechts beeldspraak. Benjamin legt de lat hoog: de krachten van de roes voor de revolutie te winnen, daar gaat het om bij het surrealisme. Van schrijven is geen sprake. Net zo min als daar in de oorlog van Maxim Osipov sprake van is.
Op de site van de NOS verschijnt het bericht dat er sinds oktober vorig jaar tenminste drie Russische journalisten in ballingschap zijn vergiftigd. Jelena Kostjoetsjenko sprak tegenover The Insider (een kritisch Russisch agentschap dat nu in Riga zetelt) onder meer over pijnklachten in haar hele lijf, concentratieproblemen, misselijkheid en slapeloosheid, Irina Bablojan was in Tbilisi toen haar handpalmen paars werden en pijn deden – alsof ik vuur in mijn handen had – Natalja Arno proefde in Praag een metaalachtige smaak in haar mond en verloor het gevoel in handen en voeten.
Je zou de pen voor minder neerleggen. Dan liever de krachten van de roes voor de revolutie winnen. Dokter Osipov, mag ik vragen, wat zit er in die pijp?