Rashomon

Ik was dus de stadsmuur van Lucca op gelopen om een wandeling te maken onder de bomen. En terwijl ik daar liep en de zon op mijn lichaam voelde, keek ik uit over de bastions en resten van ravelijnen in de gazons die de stad omzomen. Veel nam ik er niet van op want in mijn hoofd was plaats gemaakt voor de liedjes die ik een jaar tevoren instudeerde voor het programma Almanak waarin ons koor de twaalf maanden van het jaar bezong. Met name de melodieën van januari en februari, die we in het Italiaans bezongen, klonken door mijn schedel en eisten onwillekeurig mijn aandacht op. Indrukken van het hier en nu, die mijn ogen en oren binnenstroomden sloegen woordeloos neer zonder een spoor achter te laten.

Douwe Draaisma wijdt in zijn recente publicatie Als mijn geheugen mij niet bedriegt een essay aan het Rashomoneffect. Daarmee wordt het verschijnsel bedoeld, dat de juiste toedracht van een gebeurtenis niet meer te achterhalen is uit een veelheid van tegenstrijdige verklaringen. Rashomon is een film uit 1951 van de Japanse cineast Akira Kurosawa, waarin niet alleen de personages elkaar uitsluitende versies van een moord en een verkrachting vertellen, maar ook het oog van de camera niet langer vertrouwd kan worden. Het is mensen niet gegeven eerlijk te zijn tegenover zichzelf, ze zijn geneigd zichzelf te vleien en hun eigen handelingen te verfraaien, verklaart Kurosawa zijn film.

De term heeft een hoge vlucht genomen, niet alleen in de rechtspraak, maar ook in de psychiatrie, allebei gebieden waar het geheugen ons de toegang moet verschaffen tot cruciale gebeurtenissen in het verleden.

Omdat wij het op school ook moeten hebben van ervaringen en herinneringen was ik nieuwsgierig naar Rashomons in de klas. Ik vind dat het een belangrijk kenmerk van een feest is dat elke aanwezige daaraan een andere herinnering overhoudt, maar tijdens een overhoring stel ik er prijs op dat al mijn leerlingen van mijn lessen ongeveer hetzelfde hebben onthouden. Dat zou nog een aanwijzing kunnen zijn dat school geen feest is.

Het geheugen filmt niet, het fotografeert. Wij hebben geen herinnering aan duur, voor ons geestesoog verschijnen momentopnamen; snapshots. Daar waren de middeleeuwse meesters zich ook van bewust. Zij losten het probleem op door de verschillende fasen van het leven van Jezus; de kruisiging, de vlucht naar Egypte, de doop in de Jordaan, op een paneel en in een lijst samen te brengen om zo indruk en duur in een beeld te vangen.

Draaisma beschrijft proeven van de psycholoog Kahneman die uitwijzen dat er grote discrepantie bestaat tussen beleefde pijn en herinnerde pijn. Bepalend voor de herinnering is de piekervaring en de ervaring van het laatste moment. Duur en intensiteit van de pijn krijgen in de herinnering geen stem. Het ervarende zelf is een andere persoon dan het herinnerende zelf.

Dit heeft mogelijk gevolgen voor de organisatie van mijn lessen. Om de herinnering daaraan zo rijk mogelijk te maken, moet ik zorgen voor een duidelijk hoogtepunt in de leservaring en een comfortabele samenvatting aan het einde. Dat zijn immers de momenten die in het geheugen blijven hangen.

Daar staat tegenover dat de eenzijdige focus op de herinnerende leerling ten koste van de ervarende leerling mij tegenstaat, net als de overmoed waarmee ik de regie zou nemen over andermans geheugen.

Dit bericht is geplaatst in bij de les met de tags , . Bookmark de permalink.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *