Ze wil wel gedichten over vriendschap lezen, zegt ze terwijl ze aan het bladeren is in de bloemlezing ‘Domweg gelukkig in de Dapperstraat’, ‘kent u die?’ Omdat ik haar niet gelijk met het werk van Elisabeth Maria Post (1755 – 1812) wil opzadelen, haar achttiende-eeuwse verzen zijn voor iemand uit vier havo nog te hoog gegrepen, blijf ik stil. Zelf is ze inmiddels al bladerend op iets gestuit, en ze vraagt: ‘dit heet Vriend, mag dit?’ ‘Ach, natuurlijk, van Toon Hermans (1916 – 2000), ja dat mag’, antwoord ik. Tegenover me zie ik een paar ogen zo groot als schoteltjes en hoor ik: ‘kent u alle gedichten die hierin staan?’.
Het boek en het badwater van Lisa Kuitert opent met de regels: Dit boek is ontstaan uit ergernis. Die ergernis betreft het langzaam maar gestaag terugdringen van het papieren boek uit het openbare leven. En niet omdat de dingen nu-eenmaal-zo-lopen-zoals-ze-gaan, nee, moedwillig. En vaker nog uit onwetendheid. Onze toekomst is digitaal en daar horen papieren boeken niet bij. Onnodig op te merken dat de auteur en hoogleraar boekwetenschap aan de Universiteit van Amsterdam het daar niet mee eens is.
Natuurlijk haast ze zich om de lezer te laten weten dat digitale tekstbestanden veel voordelen hebben. Met een e-book of een tablet kun je sneller zoeken, je hebt altijd iets te lezen bij je en je kunt de letters vergroten en de bladspiegel aanpassen aan je persoonlijke voorkeuren; vooral die laatste twee voordelen wegen zwaar voor de vijftigplussers die de meerderheid vormen van de verstokte lezers. En natuurlijk benadrukt ze dat ze heus de weg wel weet op het internet en dat ze zeker geen hoarder is, want die kan niets weggooien en zij is alleen zuinig op papieren boeken.
Onderzoek gericht op de beleving van het papieren boek is zeldzaam, constateert de wetenschapster. Veel voordelen van het klassieke boek die ze noemt: je hoeft niet eerst een apparaat aan te doen, echte boeken hoef je nooit op te laden, zijn eigenlijk nadelen van de digitale tekst. Als het aankomt op onvervreemdbare positieve eigenschappen van het boek blijven er maar twee over: dat je het boek kunt aanraken en dat je het kunt ruiken.
Ja, de geur van boeken is voor de liefhebbers onweerstaanbaar. Niet alleen die van verse inkt en papier van het nieuwe boek, maar ook de rijpere en zoetere tonen van het oude die wetenschappers van het Centre for Sustainable Heritage van de University College London hebben omschreven als: a combination of grassy notes with a tang of acids and a hint of vanilla over an underlying mustiness.
Dat je boeken kunt aanraken is belangrijk voor de vorming van de geur van het boek, maar ook voor die van het boek dat ernaast staat. En hoe vaak overkomt het ons niet dat we op zoek zijn naar een boek in de kast en getroffen worden door een ander in de buurt. Serendipiteit is de naam van het verschijnsel naar het een te zoeken en het ander te vinden, Arthur Koestler (1905 – 1983) schreef er in 1959 een boek over dat The Sleepwalkers heette en waarin hij aantoont dat serendipiteit een grote rol heeft gespeeld bij het in kaart brengen van het zonnestelsel sinds de vijftiende eeuw. We kunnen met de computer in een mum van tijd duizenden teksten doorzoeken met een vooraf gekozen zoekwoord of algoritme, maar we stuiten nooit meer op een resultaat waarnaar we niet op zoek waren. Dat kan alleen als boeken zichtbaar en aanraakbaar voor ons aanwezig zijn.
Toen ik daarna ook de eerste regels uit het hoofd kon citeren: je hebt iemand nodig / stil en oprecht / die als het erop aan komt (…), verscheen er een blik van ongeloof en angst op haar gezicht. Alsof ik over paranormale gaven beschikte. Alsof ze tegen haar wil was betrokken in een truc van Fred Kaps (1926 – 1980) of Hans Klok (1969). Kent u alle gedichten uit uw hoofd?, riep ze uit. Een boek is ook een goocheldoos.
Mooie column, Nico
Dank je, Peter. Het boekenparfum heet:’Demeter fragrance library Paperback’.