Deze week kreeg het woord ‘grondverzet’ er een betekenis bij. In alle vroegte bezetten bouw- en infrabedrijven, baggeraars en hoveniers woensdag met groot materieel het Malieveld. Boze aannemers blokkeerden enige tijd de A12 en wie er in slaagden de residentie op tijd te bereiken, trok een oranje hesje aan en drong naar het podium waar werkgevertegenwoordigers Maxime Verhagen en Hans de Boer hen toespraken over stikstof en de PFAS-norm Het was kraakhelder weer. Uit het binnenland was nachtvorst gemeld. Arbeiders luisteren in de zon, hun vingers draaien routineus een shagje. Maar let op! Hier staan de mannen die het woord ‘koffierondje’ aan onze taal hebben geschonken, die voor één dag de lobbytafels hebben verlaten en zich onwennig voegen in proletarische actieretoriek. Hoor ik hen al spreken over de ‘toekomst van onze gezinnen’? Was er in de polder ooit een werkgeversprotestmanifestatie?
Dit moet bijna veertig jaar geleden zijn. We waren vrijdagmiddag op het kamp aangekomen en zochten een plekje om de tent op te slaan. Dat zou er ook wel zijn als een schommelend besteleendje een metertje, vooruit twee, opzij kon. Het idee was nog niet uitgesproken of vier van ons posteerden zich op de hoeken van het voertuig en verplaatsten het met schokkende bewegingen in de gewenste richting. De achterportieren gingen open en een hoofd met verwarde haren wierp een vragende blik uit de auto. Of dat rijdende bordeel misschien een paar meter kan opschuiven, dan is er ook plaats voor onze tent. Ik weet niet op hoeveel demonstranten de organisatie had gerekend, maar er gingen geruchten dat er al meer dan tienduizend op de blokkade waren afgekomen.
De volgende ochtend was het mistig. Grijze nevel die al snel overging in hardnekkige motregen. De mars naar de kerncentrale ging over de Waalbandijk en door de uiterwaarden. De weg was niet overal breed genoeg en de zompige rivierklei zoog ons vast aan de bodem. Het kostte moeite om het schoeisel aan de voeten te houden. Doorweekt en verkleumd keerden we terug in het kamp.
Kees Holtmans werkte in de centrale en had voor zijn raam een groot affiche hangen met daarop de tekst Kernenergie Ja!. Om zijn ruiten te sparen heeft hij dat die zondag 19 oktober maar weggehaald.
Het vroor een paar graden. In het prille ochtendlicht lag het kamp er witberijpt bij. Dolende actievoerders die zich vergeefs proberen warm te slaan, op zoek naar koffie. Pas als de zon wat hoger komt, dringt haar warmte door tot de botten. De mars van die dag stuitte op een peloton ME. De gehate kerncentrale daarachter was nog steeds in bedrijf.
Woensdag aanstaande hebben de onderwijsbonden ons opgeroepen tot een staking van een dag. We protesteren tegen werkdruk en voor meer waardering voor ons werk. Om tien uur is er een manifestatie op de Dam.
Die avond hebben we de doorweekte tent afgebroken en zijn we terug naar huis gegaan. In de trein beloofden we elkaar voortaan alleen nog in Amsterdam te demonstreren.