Sev heeft het eerste en het laatste woord in ‘Liefde, als dat het is’. Ze bewoont een appartement op de zevende verdieping van een flatgebouw bij de rivier. Haar minnaar heet David. Na het vrijen blijven ze nog even slapen of genieten van het uitzicht. Dan belt Sev een taxi en gaat David terug naar zijn twee dochters, Krista en Ally. Hun moeder, Terry, is, na een huwelijk van vijfentwintig jaar, halsoverkop verliefd geworden op Lucas, filosoof en hoerenloper. Dit laatste weten alleen de prostituee, Lucas, wij lezers en Marijke Schermer (1975), die het boek heeft geschreven. Volgens Terry heeft Lucas er niets mee te maken, was hij slechts een katalysator. Als ze dat woord gebruikt begint David te schreeuwen.
Het boek speelt in de lange, hete, droge zomer van 2018. ‘Hittegolf houdt aan’ kopt de voorpagina die ritselt in de luchtstroom van de ventilator. ’s Avonds kan David de slaap niet vatten, maar dat komt niet alleen van de warmte. Als hij dan toch in slaap valt, schrikt hij op van een kreet. Het is Ally. Nadat hij even naar haar slapende gezicht gekeken heeft en de deur weer sloot en zich weer naar boven waar het warmer is dan waar ook begeven heeft en zijn bezwete lichaam onder het laken heeft gelegd, neemt hij het weer allemaal door: nachtmerries van Ally, het schoolwerk van Krista, Krista die weigert om nog met Terry te spreken, de scheiding die geregeld moet …
David begrijpt niet hoe een huwelijk van vijfentwintig jaar en een gezin met opgroeiende dochters van zestien en twaalf zomaar kan ophouden te bestaan. Sev begrijpt niet hoe ze zich ooit aan zoiets heeft kunnen binden. Dat David in zak en as is (de pit van zijn crisis) maakt hem voor haar tot de minnaar naar wie zij op zoek is, die haar kan helpen haar vragen te beantwoorden. Onder het vrijen huilt hij tranen met tuiten. Vier maanden lang duurt de affaire. Het laatste woord van het boek is Nee.
David noemt wat hem is overkomen een natuurramp, waarmee hij zich vrijpleit van het onderzoek naar zijn aandeel in het gebroken huwelijk. Dat er zich ondertussen een andere natuurramp voltrekt, beseft alleen de jongste dochter: En nog voor zij weer wakker worden ontwaakt de stad op wat opnieuw een hete dag zal worden. Er is een sproeiverbod en overal in de stad verdorren de tuinen en de parken. En ook vandaag zal het niet gaan regenen. Ally maakt zich al voor ze haar bed verlaten heeft zorgen over de klimaatverandering.
Het onderzoek van Sev levert niet meer op dan wat Heine (1797 – 1856) opmerkte in de eerste regels van zijn Ideen. Das Buch Le Grand: Sie war liebenswürdig, und Er liebte Sie; Er aber war nicht liebenswürdig, und Sie liebte Ihn nicht. om daar mismoedig aan toe te voegen: (Altes Stück). Flaubert (1821 – 1880) deed zijn heldin Emma Bovary verzuchten: Pourquoi, mon Dieu, me suis je mariée?.
Marja Pruis (1959) schrijft in De Groene Amsterdammer van 26 juni over Marijke Schermers boek: Er zijn geen tegentonen, er is geen frictie, geen buitenwereld, niks is onoplosbaar of duister. Als deze mensen niet weten waarom ze iets doen, zeggen ze dat ook nog eens met zoveel woorden. Dat ben ik niet met haar eens. De buitenwereld van Liefde, als dat het is, is de hete zomer van 2018. Of liever het uiteindelijk doordringende besef in Nederland dat het klimaat verandert en dat dat gevolgen heeft.
Over niet al te lange tijd zal men dit boek lezen met in gedachten de vraag wat de mensen deden om de opwarming van de aarde te overleven. Het antwoord zal onthutsend zijn.