Ik had me stiekem en tegen beter weten in, verheugd op de start van het wielerseizoen op de weg. Van drie tot en met zeven februari stond de ronde van Valencia op de kalender. Dat men in Spanje koersen in coronatijd kan organiseren, is bewezen met de afgelopen Vuelta. De bubbels bleven hermetisch gesloten, terwijl in de ronde van Italië, eerder vorig jaar, renners het hotel moesten delen met uitgelaten agenten, en in de Tour de France directeur Christian Prudhomme na een positieve test het evenement moest verlaten.
Tja, Valencia, we waren er in het voorjaar van 2016. Met bus negentien naar het strand. Boven het water van de zee trilt de warme lucht, zeilboten smelten op de horizon. Lunchen met een visspiesje, lamskoteletjes, een glas bier, aardbeien en een mousse van witte chocola. Later in de middag lopen we door de botanische tuin, verwonderen ons over de stilte midden in de stad, de veranderde luchtvochtigheid, geuren van rottend groen die we niet kunnen thuisbrengen in deze keurig onderhouden en gelabelde oase. Die felblauwe manshoge salvia!
Het aangekondigde deelnemersveld loog er niet om. Steven Kruijswijk, Wout Poels (die in 2016 de eindwinnaar was), Greg van Avermaat en Dylan Teuns zouden er hun eerste wedstrijdkilometers maken van dit jaar. Ik verlangde er naar om Sam Oomen weer te zien, voor het eerst in het shirt van Jumbo Visma. Ik was benieuwd naar de conditie van Filippo Ganna die in de afgelopen Giro d’Italia ongenaakbaar was waar het om tijdrijden ging. Of was hij naar Valencia gekomen om zijn ploeggenoot Tao Geogeghan Hart aan een volgende overwinning in een meerdaagse wedstrijd te helpen? Arnoud Démare was aangekondigd, maar ook andere ploegen hadden sprinters afgevaardigd om de twee vlakke aankomsten te betwisten; Alexander Kristoff, Caleb Ewan, en Elia Viviani. De winnaar van vorig jaar, Tadej Pogačar, zou er niet bij zijn. Hij start zijn seizoen in de ronde de Emiraten, het thuisland van zijn sponsor.
Voor Mieke Zonneveld (1989) is Valencia het decor van een verloren liefde. Ze stelt zich hem voor terwijl hij door de stad zwerft. Hij hangt de toerist uit en kuiert langs pleinen / die aangenaam stralen in laatwinterlicht / kust andere borsten en denkt aan de mijne / die wit zijn en heilig en altijd uit zicht.
De koers is verdaagd naar ergens in mei. Waarschijnlijk, voegt de wielersite Touretappe.nl er aan toe. Met minder zekerheid kun je zoiets niet presenteren. En het Vlaamse openingsweekend dan, zevenentwintig en achtentwintig februari, de Omloop het Nieuwsblad en Kuurne-Brussel-Kuurne, gaat dat wel door nu het virus en zijn varianten door de lage landen raast? Is de wielerkalender van 2021 een verlanglijstje geworden? Wordt er nog gekoerst nu Tom Dumoulin de handdoek in de ring heeft gegooid?
Maar dan klinkt er gerucht uit het zuiden van Frankrijk. In Bellegarde is L’Étoile de Bessèges van start geschoten, een rittenkoers die al vijftig jaar om geen andere reden wordt georganiseerd dan om een hommage te brengen aan het landschap aan de oevers van de Gard. Verlaten dorpjes, smalle wegen onder statige platanen, wild stromende rivieren, een graad of veertien met af en toe een druppel regen. Het was lekker nerveus, verklaarde Bauke Mollema met het hem kenmerkende understatement na de eerste étappe. Hij zag voor zich verscheidene renners onderuit gaan en daar weer voor Christophe Laporte zijn armen in de lucht steken. Zelf bolde hij als drieëntachtigste over de meet