Het woord ‘spoilervrees’ kende ik niet tot ik er in het Parool van afgelopen week een stukje over las van Anouk Vleugels. ‘Spoilervrees is overal en lijkt alleen maar toe te nemen’, schrijft ze, en ze schetst het beeld van mensen die zich niet meer op feestjes of sociale media wagen uit vrees geconfronteerd te worden met het vervolg of de afloop van hun favoriete boek, film of serie. Anderen gaan gebukt onder de stress van maar zo snel mogelijk de serie af te kijken om spoilers te vlug af te zijn.
Hoewel ik het woord niet kende, was ik al wel geconfronteerd met het fenomeen. Voor de leerlingen van vier vwo hadden we de opdracht bedacht om een recensie te schrijven van een cultureel evenement dat ze tijdens een bezoek aan Amsterdam, dat door de collega’s van het vak culturele en kunstzinnige vorming (ckv) was georganiseerd, hadden meegemaakt. Tijdens de voorbereiding van de opdracht analyseerden we de recensie die Groene-medewerkster Gawie Keyser had geschreven over de bitterkoude avonturenfilm The Revenant van regiseur Alejandro G. Iñárritu met een hoofdrol voor Leonardo DiCaprio, die daarvoor allebei een Oscar kregen. Verscheidene leerlingen legden de tekst, zodra zie die hadden gekregen omgekeerd op de hoek van de tafel zo ver mogelijk van zich af, en toen we de recensie begonnen te lezen, stopten ze hun oren dicht; ze wilden de film nog zien.
Ik weet in mijn boekenkast boeken te staan die ik niet heb uitgelezen. Ik was zo getroffen door hetgeen ik las dat ik de gedachte dat het uit zou zijn onverdraaglijk vind en ik daarom het laatste hoofdstuk ongelezen laat. Ik heb mij er inmiddels mee verzoend dat ik een atypische lezer ben. Zo houd ik ook niet van spannende boeken. Zodra ik merk dat de dynamiek van mijn lezen door het boek wordt overgenomen, leg ik het weg. Ik lees een boek. Het boek leest mij niet, wat zullen we nu krijgen…
Ja, ik ben een spoiler. Noemt een leerling een boek van (ik meen) Simone van der Vlugt dat ik niet gelezen heb, maar waarvan ik wel heb gehoord, dan zeg ik is dat niet dat boek waarin de hoofdpersoon er geleidelijk achterkomt dat ze het zelf heeft gedaan?. En bedankt, hoor ik gelijk iemand anders zeggen, ik wilde dat boek ook nog lezen. Het komt niet in mij op dat iemands leesplezier afhangt van de plot.
Onderzoeker Benjamin Johnson, die op de VU werkt, vermoedt dat het kijk- en leesplezier niet wezenlijk wordt aangetast door het spoilen. De angst voor het spoilen is groter dan het verlies aan belevingsgenot en er zijn zelfs mensen die het wel prettig vinden om van tevoren te weten wat er gebeuren gaat: dan is het makkelijker te volgen. Maar onderzocht heeft hij het niet en eigenlijk heeft hij ook geen idee hoe dat zou moeten.
Op vier december 1888 verscheen de laatste aflevering van Louis Couperus’ feuilleton Eline Vere in dagblad Het Vaderland. Het gonsde die dag van de geruchten in de Haagse trams: Heb je het al gehoord? Eline Vere is dood.
Ook de vraag waarom mensen spoilen is moeilijk te onderzoeken. Johnson veronderstelt dat het komt omdat ze willen opscheppen: Veel mensen willen toch even laten weten: ik heb die film of aflevering al gezien.
Opscheppen en onderwijzen lijken veel op elkaar.