De bel gaat nog wel, maar het signaal heeft zijn betekenis verloren. Het is nergens het begin meer van en van niets het einde. De koffiepauze van collega’s wordt er niet door onderbroken, opruimactiviteiten in het lokaal gaan gewoon door. Alleen in de lokalen waar de laatste proefwerken worden gemaakt schrikt men op als de stilte ruw wordt verstoord. Even maar. Daarna klinkt weer alleen het krassen van pennen op papier.
De laatste teambijeenkomst vindt plaats in de tuin van onze teamleidster. Er is een lange tafel gedekt vanaf het geplaveide terras, over het gazon tot bijna waar een opening tussen de bomen zicht geeft op de brede sloot en de weiden daarachter. Daar is niets te zien dan de zon die langzaam, langzaam naar de horizon beweegt. Wijn fonkelt in de glazen en de avondlucht vult zich met de stemmen van de collega’s die zich tegoed doen aan tomaten- en courgettesoep, gekruide aardappelen, een pasta van farfalle met tomaat, kaas en groene kruiden, saltimbocca en kip uit de oven, salade caprese, aubergine van de gril en gemarineerde paddestoelen. Als de gesprekken verstommen, is het om te luisteren naar een korte toespraak voor de conrector voor wie het de laatste keer is. Na dit schooljaar gaat hij met pensioen. Maar eerst is er nog een bavarois met rood fruit en tiramisu voor iedereen. Een schooljaar eindigt net zo als een album van Asterix.
De volgende ochtend staan al heel vroeg de schooldeuren wagenwijd open. Het belooft een warme dag te worden en we doen ons best om de schaarse wind die er is door het gebouw te leiden. We hebben een afspraak met Bettine Drion die schrijfster is en cursussen geeft aan volwassenen en scholieren in het schrijven van verhalen. We willen vragen hoe zij ons kan helpen met onze lessen creatief schrijven. Ze laat ons resultaten zien van de lessen die ze geeft aan leerlingen van de Open Scholengemeenschap Bijlmer in Amsterdam. Professioneel opgemaakte en geprinte katernen met verhalen die door leerlingen zijn geschreven en door Drion zijn geredigeerd en persklaar gemaakt. ‘Kijk, daar hebben we iets aan!’, reageert collega Bolder enthousiast. We gaan snel kijken of we tegemoet kunnen komen aan de zakelijke verlangens van onze gast, we willen volgend schooljaar al met de keuzelessen beginnen.
In de aula zijn de conciërges bezig met het ophangen van ballonnen. Tussen de lampen wiegen guirlandes van vlaggetjes in de lome wind. In de hal staan verscheidene vazen met zonnebloemen. De laatste stoelen worden in rijen gezet en opzij van het kleine podium flankeren tafels met groene kleden het witte katheder waar de microfoon al is opgeschroefd.
Als alles klaar is komen de eerste geslaagden binnen. We ontvangen hen in de lerarenkamer, hun ouders en vrienden zoeken een plaatsje in een van de rijen. Ze zijn er voor de laatste keer als leerling van onze school; zodra ze hun diploma hebben ontvangen is er hier voor hen geen plaats meer. Het lijkt alsof daar niemand rouwig om is.
Voor het zover is zetten we onze geslaagde kandidaten één voor één in het zonnetje met een persoonlijke laudatio waaruit ook blijkt hoe moeilijk wij het vinden van onze rol als leraar afstand te doen en hoe moeilijk wij het jonge mensen dan maken uit hun rol van leerling te stappen.